Dat de bouw van het vijfde datacenter in LCL Brussels-North nu officieel van start is gegaan, las je al in het persbericht. Maar wat maakt het zo’n interessant project? En wat betekent het voor de klanten en de toekomst van LCL? Project Department Manager Floris Smits en Project Manager Pieter Van Haegenbergh vertellen je alles wat je wil weten over deze ambitieuze opdracht. Eind vorig jaar werd al gestart met de eerste voorbereidende werken, maar vanaf nu gaat LCL Brussels-North 5 alleen nog vooruit, en omhoog.

Hoe en wanneer zijn de plannen voor LCL Brussels-North 5 eigenlijk ontstaan?

Floris: De initiële ideeën dateren van rond 2012, toen vooral om de toekomstige uitbreidingsmogelijkheden in Diegem in kaart te brengen, bv. voor vergunningen. Het project werd opnieuw opgepikt in 2019 met een intensief design- en vergunningstraject. Vorig jaar zijn de voorbereidende werken begonnen, waaronder de migratie van live-installaties uit de bestaande datacenters die op de plek van het nieuwe gebouw stonden.

Pieter: in maart konden we dan beginnen met de zichtbare uitvoering, maar die hele voorbereiding was echt cruciaal om tijdens de bouw zo weinig mogelijk hinder te ondervinden in de bestaande datacenters van LCL Brussels-North.

Floris: Onderdelen van de koelinstallaties, waaronder heel wat leidingen, moesten verplaatst worden en terug aangesloten op de bestaande leidingen. Tijdens die migratie werd er overgeschakeld op tijdelijke koelingsinstallaties (weliswaar met back-ups). Daarom werd er vanuit LCL in shiften gewerkt zodat er 24/7 iemand aanwezig was om eventuele noodprocedures te starten en de werking te garanderen voor de klanten. Uiteindelijk is dat  heel goed verlopen. De klanten hebben er buiten veel notificatiemails weinig van gemerkt, wat het beste scenario is.

Pieter, hoe ben jij bij dit project betrokken geraakt? Wat is de taakverdeling?

Pieter: Ik ken Floris van een ander project. Er was toen een klik, dus toen de vraag kwam om voor LCL het dossier op te volgen, zag ik dat helemaal zitten. Vooral de insteek dat het een duurzaam datacenter wordt, trekt me aan, maar ook het feit dat het toch een stevig project is met uitdagingen. Nieuw voor mij is dat er bij LCL echt op maat gewerkt wordt van de klant, dat is de hoofdzaak. Voor datacenters is de timing  ook zeer specifiek en belangrijk. Bij alles moet je denken “heeft het invloed op de planning?”, een uitdaging waar we samen met aannemer MBG-VMA voor gaan.

Floris: De grote uitdaging voor onze bouwprojecten is dat we vaak verder bouwen aan een bestaande site en dus naast live datacentra moeten bouwen. De reden hiervoor is dat de connectiviteit zo essentiel is dat je niet zomaar kan zeggen “we kopen een plot aan de overkant van de straat en we zetten het daar wel neer.”  Als op één plek alle partijen aangesloten en onderling geconnecteerd zijn, is dat een enorme meerwaarde die je niet zomaar kan namaken op een andere plek. Door verder te bouwen aan onze bestaande sites kunnen we dezelfde connectiviteit bieden aan nieuwe klanten en bestaande klanten. Als het gaat over connectiviteit hebben we heel veel ondersteuning van het operations team. Uiteraard is het hun taak is om het datacenter te vrijwaren.

Heeft die strakke planning ook te maken met een dringende nood aan meer ruimte?

Floris: Het huidige datacenter zit goed vol en we moeten continuïteit garanderen, vandaar de nood om uit te breiden. Typerend voor LCL is dat we dan niet gaan voor een pleister op de wonde, zodat we verder kunnen. Nee, we kiezen voor een gebouw waarmee we kunnen blijven groeien. In LCL Brussels-North zijn we het best geconnecteerde datacenter, zoniet de best geconnecteerde plek in België, we willen hier zoveel mogelijk ruimte creëren voor nieuwe en huidige klanten. Als we ter plaatse uitbreidingsmogelijkheden aanbieden voor bestaande klanten, groeien we samen. Met dit nieuwe datacenter op zo’n centrale ligging worden we de belangrijkste hub in Brussel.

Pieter: Alle carriers zitten hier in Diegem, veel klanten die onderling ook geconnecteerd zijn, het is in ieders belang dat het zorgvuldig opgebouwde ecosysteem hier evolueert zonder zich te verplaatsen.

Wat zijn innovaties of nieuwe technologiën die dit datacenter zal hebben?

Floris: We zijn als datacenterbedrijf early adapters. Wanneer er nieuwe, proven technology op de markt komt, gaan we sneller mee dan de concurrentie, maar we zijn geen test case. Eigenlijk bouwen we bij LCL Brussels-North 5 modulair: het gebouw wordt langs de buitenkant volledig afgewerkt, maar binnenin zal het in fases gebeuren. Het gelijkvloers bouwen we meteen technisch uit, waarmee we alvast één datacenter van 400m² creëren. De verdiepingen blijven casco en zullen gaandeweg ingericht worden. Dat wil zeggen dat we in een eventueel salestraject kunnen meegaan met de specifieke noden van de klant en oplossingen op maat aanbieden.

Neemt de vraag naar die op maat gemaakte oplossingen toe?

Floris: de markt is enorm aan het veranderen, oa. door de komst van AI. Het trainen en gebruiken van AI-modellen vraagt ongeziene computionele kracht en energie, dus daar moeten we op anticiperen. Met lucht is het niet meer mogelijk om die gevraagde vermogens te blijven koelen, dus klinken de stemmen voor het gebruik van liquid cooling steeds luider. Door AI gaan de werkingstemperaturen van de koeling omhoog, maar omdat vloeistof een beter warmtegeleider is dan lucht, kunnen we met liquid cooling een hogere efficiëntie behalen. Er zijn dan ook meer mogelijkheden voor nieuwe toepassingen, zoals bv. warmterecuperatie.

Warmterecuperatie, dat zou een extra stap richting duurzaamheid zijn?

Floris: Wij hebben veel restwarmte die gewoon de lucht ingaat, terwijl die gebruikt zou kunnen worden om bedrijven of huizen te verwarmen. Datacenters kunnen zich op die manier profileren als groene energiebron. Daarom zijn wij vragende partij en zoekende - voor al onze sites- om onze restwarmte duurzaam in te zetten. Ook in LCL Brussels-North onderzoeken we momenteel de mogelijkheden in de buurt. Spaceplanning en de nodige connecties zorgen voor die mogelijkheid in de toekomst.

Pieter: Het zal een stevig gebouw zijn, een serieuze toren, maar we willen duurzaamheid zoveel mogelijk verwerken in de functionaliteit.

Is het een uitdagend project? Waar zitten de grootste uitdagingen?

Floris: (resoluut) Logistiek!

Pieter: De oppervlakte is beperkt, dus logistiek is het een een huzarenstukje. Zo is bv. het  werfinrichtingsplan al een paar keer over en weer gegaan om te finetunen. Het is moeilijk om iedereen een plekje te geven tijdens de werken, dus hebben we bij de buren kantoorruimte gehuurd. Daar zijn we hen dankbaar voor.

Floris: We willen lokaal een meerwaarde zijn voor onze buren, net als voor onze klanten en leveranciers.

Wat betekent de uitbreiding van LCL Brussels-North voor de toekomst van LCL?

Floris: LCL is begonnen hier op de site in Diegem, meer dan 20 jaar geleden ondertussen. Rack per rack is er aan dat ecosysteem gebouwd. Elk project wordt groter, net als de mogelijkheden voor onze klanten. We komen steeds nog beter tegemoet aan wat ze willen. Voor het nieuwe gebouw mikken we op eind 2025 om een ‘day one’ datacenter te hebben. Dat wil zeggen dat het gebouw er volledig staat, met een technisch basispakket. Vanaf dan kunnen we ruimtes opleveren waar de klant kan instappen. Aan het einde van de rit moet de uitbreiding een statement zijn voor het hoofdkwartier van LCL. Zo tonen we vanwaar we komen tot wat we nu bereikt hebben. Maar het is geen einde, we kijken nog altijd naar: “wat kunnen we hierna?”

Dus terwijl Pieter LCL Brussels-North opvolgt, kan Floris al met een gerust hart plannen maken voor de verdere toekomst van LCL.