Sinds de stemming die aan de basis lag van Brexit, zo’n vier jaar geleden, heeft de Belgische douanevertegenwoordiger Portmade verschillende stappen ondernomen om zich hierop voor te bereiden. Brexit heeft de digitalisering bij Portmade sterk geboost en het dataverkeer enorm doen toenemen waardoor er meer datacapaciteit nodig was en nog zal zijn. Dankzij hun housing bij LCL Data Centers is alle gevoelige informatie van Portmade veilig.

De datacenters van LCL: een veilige kluis voor gevoelige data

De samenwerking tussen Portmade, een klein bedrijf dat zo’n 50-tal medewerkers telt, en LCL Data Centers, begon in 2012. De douanevertegenwoordiger was toen klant van Telenet voor haar datastromen en netwerkprotectie. Telenet bood housing aan via LCL. Toen Telenet op een gegeven moment geen housing meer aanbood, ging Portmade rechtstreeks bij LCL aankloppen. ‘We zijn zeer tevreden van LCL’, zegt Guio Veraart, bestuurder en mede-eigenaar van Portmade.

Gezien de enorm grote hoeveelheid aan gevoelige data, hebben de klanten van Portmade er baat bij dat deze informatie op een beveiligde locatie bewaard wordt. Daarom koos Portmade voor de datacenters van LCL waar ze een aantal servers, switches en ook een firewall en andere cybersecurity software hebben. Al hun digitale datastromen (veelal via EDI) en hun mailverkeer lopen via hun infrastructuur bij LCL. Daarnaast heeft Portmade ook infrastructuur on-premise in verschillende van haar vestigingen, onder meer ook voor disaster recovery en back-up. Het bedrijf beheert zijn IT zelf.

Portmade doet de declaraties en ziet dus de goederenstromen van een breed spectrum van cliënteel gaande van rederijen, logistieke platformen, industriële partijen tot buitenlandse expediteurs. Op jaarbasis behandelt Portmade meer dan 1 miljoen transacties.

Gevolgen van Brexit op het dataverkeer

Vier jaar geleden stemde de meerderheid van de Britten voor een Brexit. Op dat moment ging het management van Portmade meteen samen aan tafel zitten om te bespreken hoe ze die verschuiving van extracommunautaire leveringen naar export zouden  opvangen. Veraart legt uit: ‘We zijn ondertussen al jaren bezig met de digitalisering van de douaneaangiftes. Dat is immers de manier bij uitstek om een stijgend volume van aangiftes efficiënt te verwerken. De meeste data komt nu via EDI binnen. Wij hebben nu meer een controlefunctie. Daarnaast vervolledigen we de aangiftes. Qua transitdocumenten bijvoorbeeld, pushen we data naar de terminal. Daar worden de documenten uitgeprint en meegegeven met de chauffeur.’

En Veraart vervolgt: ‘Al wat te maken heeft met messaging en databehandeling is verdrievoudigd op 2 jaar tijd. Dankzij de schaalbaarheid bij LCL zullen we snel kunnen schakelen en inspelen op verdere groeimogelijkheden.’

Guio Veraart is ondanks alles verrast dat de stijging zo groot is: ‘Dat Brexit het dataverkeer zou stimuleren, daar gingen we bij Portmade vier jaar geleden al van uit, maar dat het zo’n grote impact zou hebben, hadden we nooit durven denken.’ 

De Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen heeft berekend dat het aantal uitvoeraangiften voor België naar aanleiding van Brexit globaal zal toenemen met 47% en het aantal invoeraangiften met 14%. ‘We zien ook in onze cijfers een duidelijke stijging’, zegt Veraart. ‘De exportactiviteit bij Portmade is meer dan verdubbeld in januari, in vergelijking met januari 2020. Ook de importdeclaraties zijn lichtjes gestegen’, aldus nog Veraart.

Een voorbereid man is er twee waard

Ondanks het feit dat Brexit al vier jaar geleden aangekondigd werd, zijn er nog bedrijven die volgens Veraart niet tijdig de nodige maatregelen genomen hadden. De voorbije maanden kwamen er dan ook een aantal bedrijven die zaken doen met het Verenigd Koninkrijk langs bij Portmade om te vragen naar hulp en ondersteuning. ‘Ze beseffen dat ze niet op tijd in actie geschoten zijn en dragen daar nu jammer genoeg de gevolgen van. Toch blijven we bij Portmade ons best doen om zoveel mogelijk bedrijven te ondersteunen om aldus nog handel te voeren met het Verenigd Koninkrijk’, besluit Veraart.