Met de aanhoudende hitte, heeft Laurens van Reijen, managing director van LCL, een aantal reflecties over de impact van deze zwoele temperaturen op datacenters.
De aarde warmt op. Zoveel is duidelijk. Welke impact heeft dit op een sector die zelf al veel warmte produceert, en dus sowieso veel koeling nodig heeft? Ik bied je graag een blik achter de schermen van een (high-level) datacenter.
De datacentersector moet zich meer dan ooit tevoren voorbereiden op hittegolven. We gaan er immers steeds vaker krijgen. We zijn al jaren bezig met oplossingen te bedenken om geen problemen te krijgen met onze koelsystemen, maar nu is het echt tijd dat we concrete stappen zetten.
Zo’n 15 jaar geleden, tijdens een warme zomer, merkten we al op dat we een robuustere installatie nodig hadden. Als we als organisatie beter wilden worden, was het belangrijk de juiste investeringen in koelsystemen te doen. Dat is vandaag nog steeds het geval.
Op een dak is weinig schaduw en stijgen de temperaturen aanzienlijk. Dat maakt het extra moeilijk. Het is dus belangrijk om een koeldesign te hebben dat beter bestand is tegen een hittegolf. De nieuwe designs van datacenters van LCL houden reeds rekening met de klimaatopwarming en de nieuwe realiteit bij upgrades van datacenters.
In die nieuwe designs is koeling een belangrijke factor. Leveranciers komen op de proppen met verschillende oplossingen. Bovendien moeten we vanuit een energetisch standpunt de kost naar beneden halen. Koeling is daarbij net een kostenpost die kan tellen.
Vandaag doen we voor het design van nieuwe installaties een beroep op internationale specialisten die reeds honderden datacenters ontworpen hebben en dit voor vele locaties wereldwijd. Toen we 20 jaar geleden begonnen, moest je een dikke jas aandoen wanneer je een datacenter binnenging. Dat was de verwachting van de klant. We weten ondertussen dat de temperatuur binnen het datacenter hoger kan liggen. Onze IT-uitrusting laat dit toe en dit laat ons bovendien toe om energie te besparen.
Door in te zetten op IT-systemen die de temperatuur regelen, verandert het design van de buitenunits zoals chillers en drycoolers opnieuw. Waar het echter om gaat is de buitentemperatuur. Kunnen chillers en drycoolers die buiten op het dak staan de hogere temperaturen aan?
De koelingsdesigns die vandaag mogelijk zijn voor datacenters laten toe een Power Usage Effectiveness (PUE) van 1,3 te hebben. Bij nieuwere designs kan dit cijfer ook behaald worden bij een onvolledige belasting. Vroeger was de PUE hoger bij een partieel gebruik van de gebouwen.. Een PUE van 1,3 is de doelstelling die datacenters tegen 2025 moeten halen die – net als LCL Data Centers – het zelfregulerend initiatief, Climate Neutral Data Centre Pact hebben onderschreven.
De meeste datacenters werken reeds met “free-cooling” waarbij chillers de buitentemperatuur tot circa 14-16 graden gebruiken om het binnen te doen afkoelen, maar er bestaan nog andere manieren om goedkoper te koelen.
Cloud providers gebruiken bijvoorbeeld dikwijls water omdat ze hierdoor kunnen besparen op de stroomrekening. Binnen het Climate Neutral Data Centre Pact werd reeds rekening gehouden met deze evolutie zodat een norm uitgewerkt werd om afhankelijk van de lokale omstandigheden een maximum aan waterverbruik op te leggen.
Een andere methode van koelen met water is “adiabatische koeling” waarbij water verneveld wordt. In onze vestiging in Aalst hebben we dit door ons ingenieursbureau laten onderzoeken. Het resultaat was echter financieel neutraal ten opzichte van andere koelsystemen. Daarnaast wensten we het stadswater, om ecologische redenen, niet te gebruiken. Water is schaars en kraantjeswater gebruiken lijkt ons geen goed idee. Bovendien zou de koelinstallatie uitvallen wanneer er een probleem is met het kraantjeswater. Dat risico kunnen we niet lopen.
In beperkte mate gebruiken we “grijs water”. Dit doen we in slechts één van onze datacenters. “Grijs water” is regenwater dat we opvangen en zeer weinig gebruiken.
Tot slot bieden boringen met hitte- en koudeopslag ook mogelijkheden . Door het aanboren van een of meerdere bronparen kan je energie, in de vorm van (in dit geval) warmte, opslaan in de bodem. Later kan die dan worden gebruikt voor het verwarmen van bijvoorbeeld gebouwen. In België is dit slechts in beperkte mate mogelijk. In de regio van de Kempen kan dit bijvoorbeeld.
Tot op heden worden servers gekoeld met lucht. “Immersion cooling” is een nieuwe methode. Bij immersion cooling worden servers ondergedompeld in een koelvloeistof zodat ze bij hogere temperaturen toch operationeel blijven. Daarnaast verbetert de PUE aanzienlijk.
Laten we hopen dat serverleveranciers snel IT-materiaal ontwikkelen dat met deze nieuwe methode werkt. Microsoft bijvoorbeeld, voerde testen uit met dergelijke installaties en is er erg lovend over.
De prestatie stijgt en het energieverbruik daalt dankzij “immersion cooling” - The Wall Street Journal
Na de IT-uitrusting zijn koelsystemen de grootste energieverbruikers binnen een datacenter. Gelukkig kunnen we via de inkoop van groene energie onze impact op het milieu verminderen. Het energieverbruik valt onder de scope 2 van het GHG Protocol en mag dus geneutraliseerd worden door groene energie te gebruiken. Nog beter is het om deze zelf op te wekken zoals we nu al doen in ons Waals datacenter, LCL Wallonia One, te Gembloux.